A. Menu bewerken
- Ongedaan maken = Ongedaan maken / Ongedaan maken / Ongedaan maken / gebruik Ctrl+Z
- Opnieuw = tegenovergestelde van Ongedaan maken of door op Ctrl+Shift+Z . te drukken
- Herhaal rotatie = Roteer Ctrl+R als je wilt roteren
- dupliceren = duplicaat object
- Barcode = barcode invoeren in bijvoegsel
- Nieuw item invoegen = voegt een object uit het bronbestand in terwijl het aan staat
- Eigenschappen = informatie van het object waaraan wordt gewerkt
b. Zie het menu
- Eenvoudig draadframe = opdrachtregel van object in tekening Toont zwart-wit en verbergt vulkleur, labels, enz.
- Wireframe = toon de lijn, account, dan campus van het object in de afbeelding, vul vervolgens de waarschuwing in
- Schets = Toon afbeeldingen in hoge resolutie en toon vervolgens tekst in grijstinten
- Standaard = Bestelling om eerder terug te keren
- Verbetering = Hoge beeldkwaliteit in beeld met vloeiende randen
- Overdruk = Als u een item wilt afdrukken door de afbeelding in hoge resolutie weer te geven met zachte tape, dan ziet het eruit zoals de kleur eruit zal zien
- Voorbeeld op volledig scherm = u kunt een voorbeeld bekijken. U kunt ook op f9 drukken om de afbeelding op volledig scherm te bekijken.
- Alleen voorbeeld geselecteerd = kennis, is het object
- Paginasorteerweergave = bekijk alle pagina's met een object
- Liniaal = toon/verberg liniaal
- Raster = hulppunten van geruite tempels die alle werkgebieden beslaan
- Instructies = richtlijnen die overal in de werklaag kunnen worden geplaatst om objectverwarming bij te houden. Er zijn 3 soorten instructies: horizontaal, verticaal en diagonaal
- Show
- Bovenaan de pagina = volledige rijen tonen/verbergen
- Bloed = normale paginaweergaven
- Afdruktabelgebied = Afdrukgebied weergeven/verbergen
- Uitlijnen op raster [ CTRL+Y ] = Als u naar raster wilt uitlijnen. Om het raster te gebruiken en te activeren, klikt u op het raster en klikt u op het tabblad Document op Menu-aanpassing [CTRL+J], selecteert u Raster weergeven in het CorelDraw-menu Beeld > Raster. Een vollediger artikel over het Corel-equivalent is besproken in de vorige tutorial-trekking.
- Naar richtlijnen snappen = Gebruikt om naar de richtlijn te snappen (hulplijn). Het beleid zou moeten beginnen wanneer u de regel activeert, klikt u op Menu bekijken > Liniaal. Nee, klik daarna met uw muis op de liniaal en sleep deze naar het coreldraw-werkvenster
- Naar objecten snappen [ALT+Z] = Objecten (vormen, cirkels, vormen, lijnen, afbeeldingsbitmaps) Zeer handig voor het fotograferen van andere objecten in het CorelDraw-werkvenster.
- Snap To Page is Snap To Page en Corel Corp.
- Uitlijnen op dynamische richtlijn [ ALT+SHIFT+D ] = Uitlijnen op dynamische richtlijn. Dynamische richtlijnen zijn in feite richtlijnen, maar ze bestaan olytisch zonder dat we hoeven te eten. Dynamische hulplijnen worden gemaakt op basis van relaties tussen objecten of lijnen. Als u bijvoorbeeld een object 5 cm in een hoek van 45 graden verplaatst, wordt de tekst direct in de variabele richting weergegeven. Afhankelijk van hoe het dynamisch beleid werkt, wordt het dynamische beleidsuitvoeringsbeleid een op zichzelf staand beleid. FR..Muhlis.Web.id